- Jumpers knee
Wat is het: Een jumpers knee is een overbelasting blessure waarbij er irritatie ontstaan is bij de peesaanhechting van de knieschijf. Door een disbalans tussen de (over)belasting van de pees en de mate waarin de pees belastbaar is, ontstaat aan de onderzijde van de knieschijf een verminderde peeskwaliteit.
Klachten: De chronische irritatie van deze pees ontstaat er bij pijn aan de buitenkant en onderzijde van je knieschijf. De klacht is meestal niet aanwezig in rust of tijdens het wandelen, maar zal ervaren worden tijdens intensief bewegen/sporten. Ook kan er sprake zijn van zwelling van de kniepees of stijfheid en/of startpijn.
Bij wie: Deze aandoening komt veel voor bij sporten met sprongbelasting (zoals basketbal), maar ook veel bij hardlopers.
Oorzaken: Sprongbelasting bij sporters die veel springen, verkorte hamstrings en bovenbeenspieren, eerdere blessure, verminderde romp- en bekkenstabiliteit, plasvoeten of holvoeten, beenlengteverschil, X- of O-benen, verminderde bilspieren.
Diagnose: De sportarts verricht lichamelijk onderzoek en kijkt naar de locatie van de pijn en de herkenbaarheid van de pijn bij uitlokking (zoals strekken van het been tegen weerstand en voelen aan de onderkant van de knieschijf). De sportarts kijkt ook naar de stand, de coördinatie en beweeglijkheid van de enkel en het kniegewricht. En zal de mate van rompstabiliteit en -kracht beoordelen. Indien daarna nog twijfel bestaat over de diagnose kan een echo van de knie overwogen worden.
Behandeling: Gedoseerde sportbelasting onder de pijngrens, oefen/fysiotherapie voor de knieschijf-pees met excentrische oefeningen, verbeteren romp stabiliteit, verbeteren kracht bilspieren, verbeteren knie en enkelstabiliteit, optimaliseren platvoet/holvoet, rekoefeningen hamstrings en quadriceps, los masseren peesplaat (met bijvoorbeeld foamroller)
2. Shin splints
Wat is het: Shin splint is een verzamelterm voor verschillende scheenbeen irritaties. De meest voorkomende variant is een ontsteking van het botvlies bij het scheenbeen. Het is een overbelastingsblessure die meestal veroorzaakt wordt door een te hoge spanning in de kuitspieren. Deze spanning ontstaat door te lang en te vaak te trainen zonder goede hersteltijd.
Klachten: Pijn aan het scheenbeen net boven de enkel. Het is een zeurende pijn die meestal ontstaat tijdens het sporten. Soms voel je het ook in de kuitspier of aan de onderkant van de voet.
Bij wie? Shin splint treedt veel op bij sporters, vooral hardlopers. Het scheenbeen wordt vooral tijdens hardlopen en springen vaak zwaar belast. Andere sporten waar het daarom vaak bij voorkomt zijn; voetbal, handbal en volleybal.
Diagnose: De diagnose wordt gesteld op basis van het verhaal en lichamelijk onderzoek.
Oorzaken: Veel trainen zonder voldoende hersteltijd, beenlengteverschil, stand afwijkingen van de voeten, overgewicht, geen goede sportschoenen.
Behandeling: Aantal weken rust nemen, goede sportschoenen aanschaffen met eventueel aangepaste zooltjes, rekoefeningen voor de benen, compressiekousen, massage van het scheenbeen, koude compressen op het screenbeen, trainen van de scheenbeenspieren.
3. Hamstringblessure
Wat is het: Een hamstringblessure is een beschadiging of verrekking halverwege de hamstring spier. De hamstring is een groep van drie spieren aan de achterkant van je bovenbeen. Door een verkeerde beweging kan een van de spieren van je hamstring verrekken of zelfs inscheuren.
Klachten: Plots hevige pijn in je hamstring. Je kunt de pijn ook richting je bil voelen. De pijn voelt als een messteek en gaat gepaard met een gevoel van kramp. Je kunt je been moeilijk buigen en lopen doet pijn. De plek kan stijf worden en er kan een bloeduitstorting ter plaatse ontstaan.
Ernst:
- Graad 0
In het dagelijks leven merk je weinig tot niets van de blessure. Je ziet geen zwelling. De plek waar je geblesseerd bent, is hooguit een beetje gevoelig. Bij sporten ‘trekt’ het wel een beetje in de hamstring. In dit geval is er geen schade aan de spiervezels. - Graad 1
Als je je been buigt, voelt dit niet echt prettig, maar wandelen doet nauwelijks pijn. Je ziet geen zwelling. De plek waar je geblesseerd bent, is wel een beetje gevoelig. In dit geval is er een beetje schade aan de spiervezels. - Graad 2
Drukken op de hamstring is pijnlijk en je ziet misschien een zwelling en/of een verkleuring. Wandelen of fietsen doet pijn: je kunt je knie moeilijk buigen. In dit geval is er behoorlijke schade aan de spiervezels. - Graad 3
Lopen is erg pijnlijk en lukt misschien zelfs alleen met krukken. Je voelt de pijn niet alleen in je bovenbeen, maar ook in de spieren ernaast. Aan de achterkant van je bovenbeen kan een zwelling te zien zijn, die soms blauw is. In dit geval is de spier volledig gescheurd; je kunt je spier niet meer aanspannen.
Bij wie: De meeste hamstring blessures komen voor bij voetbal. Blessures midden in de hamstring komen vooral voor bij hockey, rugby en atletiek. Bij sporten zoals turnen en vechtsporten komt de blessure meestal voor richting je bil.
Oorzaken: Door een verkeerde beweging kan de hamstring inscheuren of verrekken. Vaak ontstaat de blessure tijdens een sprint. Maar je kunt de spier ook overbelasten bij een sliding, hoge trap of spagaat. Wanneer je ouder bent neemt het risico op een hamstringblessure toe.
Diagnose: De fysiotherapeut of sportarts kan op basis van het verhaal en lichamelijk onderzoek meestal de diagnose stellen. Bij twijfel kan er eventueel aanvullen onderzoek verricht worden.
Behandeling: De behandeling is afhankelijk van de ernst van de blessure. Het is in het beginstadium vooral belangrijk om rust te nemen. Ontlast de hamstring zo veel mogelijk, gebruik koude compresse om te koelen en eventueel een drukverband voor compressie. Probeer af en toe rustig te wandelen, maar niet te veel, en gebruik zonodig pijnstilling. Twee dagen na het ontstaan van de blessure kun je beginnen met het trainen van de hamstring door rekken en versterken van de spieren. De fysiotherapeut kan je daarbij begeleiden. Als de blessure word veroorzaakt door overbelasting in combinatie met een slechte houding kan die binnen twee weken over zijn. Is het een acute blessure dan kan het zo’n vier tot zes weken duren.
4. Achillespeesontsteking
Wat is het: Tijdens overbelasting door lopen of sporten kan de pees die de kuitspieren aan het hielbeen bevestigt (achillespees) gaan ontsteken. Dit wordt ook wel tendinitis genoemd. De ontsteking bevindt zich meestal net boven de aanhechting op het hielbeen, maar kan ook ter plaatse van de aanhechting van de pees voorkomen.
Klachten: Vaak beginnen de klachten met een stijf gevoel in de voeten en rondom de achillespees. De pijn ontstaat meestal na het sporten. Meestal ervaart men geleidelijk steeds meer klachten, soms zelfs zo erg dat normaal wandelen steeds lastiger wordt. Het is vaak een zeurende pijn boven de hiel. Soms is het gebied ook gezwollen.
Bij wie: Het komt het vaakst voor bij mensen die hardlopen, tennissen of voetballen
Oorzaken: Overbelasting, korte kuitspieren, standsafwijkingen van voet/enkel. Andere risicofactoren zijn hoge leeftijd, diabetes en overgewicht.
Diagnose: De diagnose wordt gesteld op basis van het verhaal en lichamelijk onderzoek. Bij twijfel over de diagnose wordt er een MRI scan of echo gemaakt.
Behandeling: Door rust nemen de klachten vaak al snel af. Pak daarna de activiteiten weer geleidelijk op. Fysiotherapie met rekoefeningen en oefeningen voor krachtsverbetering. Een nachtspalk kan hulp bieden bij het passief oprekken van de achillespees.
5. Hielspoor
Wat is het: Overbelasting van de peesplaat aan de onderkant van de voet. Deze peesplaat loopt vanaf de tenen naar de hiel. De peesplaat wordt tijdens het lopen continue uitgerekt en de aanhechting bij de hiel komt daarmee onder druk te staan. Hierdoor kan het botvlies geïrriteerd raken en gaan ontsteken. Er ontstaat ter plaatse een stukje verkalking aan het bot.
Klachten: Typerend voor hielspoor zijn startpijn in de onderzijde van de hiel. Daarnaast komt pijn bij langer staan en/of lopen maar ook in volledige rust voor. De pijn zit meestal aan de onderzijde van de hiel en straalt somt uit richting de binnenzijde van de enkel.
Bij wie: Hielspoor komt regelmatig voor bij hardlopers en sporten waarbij je veel springt zoals volleybal en basketbal.
Oorzaken: Overbelasting door wandelen/sporten, verkeerd schoeisel, overgewicht, platvoet of holvoet, verkorte achillespees, stijve kuitspieren, langdurig staan.
Diagnose: De diagnose wordt gesteld op basis van het verhaal en lichamelijk onderzoek. Een echo kan de diagnose bevestigen.
Behandeling: Door rust nemen de klachten vaak al snel af. Koude compressen op de zwelling van de hiel, zonodig pijnstilling, strekoefeningen voor de hielspoor.
6. Zweepslag
Wat is het: Een zweepslag is een acuut ontstane (gedeeltelijke) scheur in een spier. Een zweepslag kan in iedere spier voorkomen, maar meestal is de kuitspier aangedaan.
Klachten: Acute hevige pijn in de kuit, ontstaan tijdens het sporten. De pijn blijft ook na het stoppen van de activiteit heftig aanwezig. Patiënten omschrijven het als een elastiekje dat knapt.
Bij wie: Sporters van middelbare leeftijd. door verminderde belastbaarheid van het spierweefsel op oudere leeftijd ontstaat er in deze leeftijdsgroep vaker een zweepslag.
Oorzaak: Toename van trainingsintensiteit en –omgang zonder adequate opbouw, grote explosieve aanspanning, koude, vochtige weeromstandigheden, onvoldoende en eenzijdige training, harde ondergrond, slecht schoeisel, geen warming up.
Diagnose: Met behulp van het verhaal en het lichamelijk onderzoek kan de blessure vastgesteld worden.
Behandeling: Herstel duurt tussen 4-8 weken. RICE regel (rest, ice, compression, elevation) toepassen; Direct na de blessure de kuit koelen met ijs en het been hoog leggen. Training tijdelijk staken en bij afname klachten weer rustig opbouwen. Kracht-en rekoefeningen van de kuit.
7. Verzwikte of verstuikte enkel
Wat is het: In een gewricht vindt beweging plaats. Het gewricht en de gewrichtsbanden en het bindweefsel om het gewricht, bepalen welke bewegingen mogelijk zijn, in welke richting en tot hoe ver. Een abnormale beweging, zoals het dubbelklappen van de enkel, kneust het gewricht. Zo’n beweging heet een distorsie (verzwikking). Is er geen schade aan de gewrichtsbanden, maar wel aan de binnenlaag van het gewrichtskapsel en/of het kraakbeen, dan heet het een verzwikking. Zijn de gewrichtsbanden en het gewrichtskapsel ook verrekt of ingescheurd, dan is het een verstuiking.
Klachten: Een verstuikte enkel doet pijn en wordt vrijwel meteen dik door weefselschade. Meestal zijn ook bloedvaatjes beschadigd, waardoor er een bloeduitstorting ontstaat en de enkel blauw kleurt.
Als je een paar dagen na de blessure weer gewoon op je enkel kunt staan en lopen, is er sprake van een lichte verstuiking. Na 1 tot 2 weken kun je weer normaal lopen met de enkel. Wanneer de enkelbandblessure chronisch wordt blijft deze pijnlijk en instabiel. Je hebt het gevoel dat je ieder moment je enkel weer kunt verzwikken.
Bij wie: Wandelaars, hardlopers, trailrunners, zaalsporters, sporters die lopen op ongelijke grond.
Oorzaak: Struikelen, ongelukkig terecht komen of je voet neerzetten (misstap zetten). Andere risicofactoren zijn; verminderd evenwichtsgevoel, beperkte beweeglijkheid enkel, lopen op ongelijke grond, eerder verstuikte enkel gehad.
Diagnose: Met behulp van het verhaal en het lichamelijk onderzoek kan de blessure vastgesteld worden.
Behandeling: RICE regel (rest, ice, compression, elevation) toepassen. Draag een stevige hoge schoen om de enkel te laten herstellen en recidief te voorkomen. Daarnaast kunnen oefeningen voor het herstel van de balans, coördinatie, beweeglijkheid en kracht je helpen in het herstel van de blessure. Bij een ernstige verstuiking met veel schade aan de enkelbanden en/of het gewrichtskapsel duurt het herstel langer. Dan is het advies om de enkel 4-6 weken zoveel mogelijk te ontlasten. Gebruik een verband van tape of een brace om de enkel steun te geven. Soms kan zelfs overwogen het been tijdelijk in het gips te zetten.
8. Polsblessure
Wat is het: Polsblessures kunnen ontstaan door een trauma tijdens het sporten waarbij je de pols verrekt of hebt dubbel geklapt, bijvoorbeeld als je valt op uitgestrekte hand. De polsbanden kunnen daarbij oprekken of zelfs scheuren. Ook kunnen er klachten aan de pols ontstaan door overbelasting van de spieren en pezen rond de pols, veroorzaakt door moeilijke of te zware sportoefeningen.
Klachten: Pijn in het polsgewricht, niet goed kunnen buigen en strekken van de pols, warmte en zwelling in het gewricht, blauwe verkleuring (bloeduitstorting), pijn na langdurig bewegen, pijn bij bewegen tegen weerstand of tillen van zware voorwerpen.
Bij wie: Jonge sporters tussen de 5 en 19 jaar lopen het vaakst een polsblessure op. Risicosporten zijn onder andere; voetbal, hockeyen turnen, skiën/snowboarden, schaatsen en boksen.
Oorzaak: Traumatische polsblessures ontstaan meestal door val op gestrekte arm tijdens sport of intensief bewegen. Een chronische polsblessure ontstaat door continue herhaaldelijke (zware) belasting van de pols.
Diagnose: Met behulp van het verhaal en het lichamelijk onderzoek kan de blessure vastgesteld worden. Bij twijfel over een fractuur kan er een röntgenfoto overwogen worden. Wanneer men denkt aan een ontsteking van de pezen kan een echo of MRI scan de diagnose bevestigen.
Behandeling: Pas de RICE-regel toe. Neem echter niet te lang rust want het polsgewricht kan snel stijf worden. Doe daarom snel trainingsoefeningen om de pols soepel en sterk te houden.
9. Rugklachten
Wat is het? Lage rugpijn (lumbago) is de meest voorkomende rugblessure. Bij rugpijn zijn de spieren en gewrichten in de rug uit balans. Echter is er vaak geen duidelijke fysieke reden te vinden. Vaak hebben lage rugpijn klachten te maken met zwakke buikspieren, verkeerde en/of statische houding. De pijn uit zich tijdens het sporten maar is niet de oorzaak van de blessure.
Spit is een acute lage rugpijn, die meestal in het gebied tussen de onderste ribben en de billen wordt waargenomen. Bij spit ontstaat er een reactie op de onderrug spieren, vaak door overbelasting. De spieren kunnen de inspanning die van ze wordt gevraagd niet aan en verkrampen hierdoor. Spit kan onder meer optreden door plotselinge beweging of verdraaiing, door een verkeerde houding, stress of door zwaar lichamelijk werk.
Klachten: Bij lage rugpijn is er pijn aanwezig in de onderrug die kan uitstralen naar de benen. Vooral tijdens lang staan of zitten kan het pijnlijk zijn. Spit kenmerkt zich vaak ook door een plotselinge pijnscheut die overgaat in een langdurige pijn die nauwelijks afneemt. De pijn bij spit wordt gevoeld in de lage rug en straalt soms uit naar de bovenbenen. Door spit is het lastig om nog normaal te kunnen functioneren.
Bij wie: Wielrennen, hockey, voetbal, schaatsen, fitness,
Oorzaken: De volgende factoren vergroten het risico op rugklachten: veel tillen of draaiende bewegingen maken, lang staan of zitten, repeterend werk doen, overgewicht, roken, plotseling hevige inspanning verrichten.
Diagnose: Met behulp van het verhaal en het lichamelijk onderzoek kunnen rugklachten vastgesteld worden. Bij twijfel over een fractuur of zenuwletsel kan een röntgenfoto en MRI scan overwogen worden.
Behandeling: Regel nummer 1 bij lage rugpijn is: blijf bewegen! Ondanks de pijn is het wel van belang om te blijven bewegen, ondanks dat het lastig kan zijn. Neem zonodig pijnstillers. Versterk de rug en buikspieren met krachtoefeningen wanneer de blessure voorbij is om herhaling te voorkomen. Bij Spit is het belangrijk goede pijnstilling te nemen en toch te blijven bewegen. De fysiotherapeut kan met behulp van massage en dry needling proberen de verkrampte spieren te laten ontspannen.
10. Tenniselleboog
Wat is het: Een tenniselleboog is een overbelasting van de pezen en/of spieren van de onderarm. De aanhechtingen van de pezen van deze spieren zitten aan de boven-buitenkant van de elleboog. Bij overbelasting kan er een irritatie of ontsteking ontstaan bij de aanhechting van deze pezen.
Klachten: Pijnlijke plek op en rond het bot aan de buitenkant van de elleboog. De pijn kan uitstralen in de onderarmspieren en neemt toe bij bovenhands tillen van (zware) voorwerpen, knijpen en bij strekken van de pols terwijl de elleboog recht is.
Bij wie: Voornamelijk tennissers krijgen last van deze blessure. Echter is een tenniselleboog niet altijd sportgerelateerd. Het komt bijvoorbeeld ook vaak voor bij mensen die veel in de tuin werken of bij schilders.
Oorzaken: De belangrijkste oorzaak is overbelasting van de onderarmspieren die de hand strekken. alle handelingen waarbij een combinatie plaatsvindt van een knijpbeweging met de hand en een draaibeweging met de arm kunnen een tennisarm veroorzaken.
Diagnose: Met behulp van het verhaal en het lichamelijk onderzoek kunnen rugklachten vastgesteld worden. Bij twijfel over peesontsteking kan een echo overwogen worden.
Behandeling: In de meeste gevallen gaat een tenniselleboog vanzelf over. Ondanks de pijnklachten is het wel van belang de elleboog te blijven bewegen. Je kunt eventueel met een brace of elleboogband gaan sporten. Neem zonodig pijnstillers.